Viering met Roger Ghysens rond deze lezingen:
Marcus 13,24-32
24 In de dagen na de verschrikkingen zal de zon verduisterd worden en de maan geen licht meer geven, 25 de sterren zullen uit de hemel vallen en de hemelse machten zullen wankelen. 26 Dan zal men de Mensenzoon zien komen op de wolken, bekleed met grote macht en luister. 27 Dan zal hij de engelen erop uitsturen om zijn uitverkorenen uit de vier windstreken bijeen te brengen, van het uiteinde van de aarde tot het uiteinde van de hemel.
28 Leer van de vijgenboom deze les: zo gauw zijn takken uitlopen en in blad schieten, weet je dat de zomer in aantocht is. 29 Zo moeten jullie ook weten, wanneer je die dingen ziet gebeuren, dat het einde nabij is. 30 Ik verzeker jullie: deze generatie zal zeker nog niet verdwenen zijn wanneer al die dingen gebeuren. 31 Hemel en aarde zullen verdwijnen, maar mijn woorden zullen nooit verdwijnen. 32 Niemand weet wanneer die dag of dat moment zal aanbreken, de engelen in de hemel niet en de Zoon niet, alleen de Vader.
Daniël 12,1-3
1 In die tijd zal Michaël opstaan, de grote vorst, die de kinderen van je volk ter zijde staat. Het zal een tijd van verdrukking zijn, zoals er niet geweest is sinds er volken bestaan. In die tijd zal je volk worden gered: allen die in het boek zijn opgetekend. 2 Velen van hen die slapen in de aarde, in het stof, zullen ontwaken, sommigen om eeuwig te leven, anderen om voor eeuwig te worden veracht en verafschuwd. 3 De verlichten zullen stralen als het fonkelende hemelgewelf, en degenen die velen tot gerechtigheid hebben gebracht als de sterren, voor eeuwig en altijd.
Hebreeën 10,11-14.18
11 De priesters blijven dagelijks hun dienst verrichten en steeds opnieuw dezelfde offers opdragen die de zonden nooit teniet zullen kunnen doen, (12 terwijl hij, na zijn eenmalig offer voor de zonden, voorgoed zijn plaats aan Gods rechterhand heeft ingenomen, 13 waar hij wacht op het moment dat zijn vijanden voor hem tot een bank voor zijn voeten zijn gemaakt.) 14 Door deze ene offergave heeft hij hen die zich door hem laten heiligen voorgoed tot volmaaktheid gebracht. 15 Hiervan legt ook de heilige Geest voor ons getuigenis af, want eerst staat er: 16 ‘Dit is het verbond dat ik na die tijd met het volk van Israël zal sluiten – spreekt de Heer: In hun hart zal ik mijn wetten leggen, in hun verstand zal ik ze neerschrijven,’ 17 en even verder staat er: ‘Aan hun zonden en hun wetteloosheid zal ik niet meer denken.’ 18 Waar dat alles vergeven is, daar is geen offer voor de zonde meer nodig.